
Bezorgen in
Nederland

Van origine komt de Aloë uit het Midden-Oosten, maar is tegenwoordig ook te vinden in de natuur van de Caraïben, Midden-Amerika en Aziatische landen. Dat is maar goed ook, want het sap van de Aloë Vera soort is nogal bijzonder. Bladeren groeien vanuit een kern en kunnen tot maximaal 60 cm groeien. Een kleine en compacte plant! De Aloë is een vetplant, wat in de volksmond ook wel als makkelijke kamerplant wordt gezien. Bijzonder: deze vetplant slaat water op in haar stam en bladeren voor later gebruik. Dit houdt in dat ze weinig water nodig heeft. Opmerkelijk, want de Aloë bestaat maar liefst 99% uit water!
Direct zonlicht
Water 1x per maand
Giftig
Luchtzuiverend
Een Aloë is niet zo’n lastige kamerplant. Of je haar nou in de halfschaduw of in direct zonlicht neerzet. Het maakt haar niets uit! Direct zonlicht kan ze namelijk hartstikke goed verdragen, en wat minder licht ook. Al zal ze bij een lichtere standplaats natuurlijk sneller groeien en meer water gebruiken. Zet je haar in de halfschaduw? Prima! In de natuur groeit de Aloë ook laag en valt vaak in de schaduw van grotere planten. Het tegenovergestelde komt in de natuur ook voor. Op grote lege vlaktes in Midden-Amerika staat ze in woestijnachtige gebieden middenin de zon. Waarvoor je dus ook kiest thuis: een standplaats met direct zonlicht of halfschaduw. De Aloë is in de natuur echt wel wat gewend!
In de zomer kun je de Aloë eens per maand een slokje water geven. Verder heeft ze niets nodig. Ja, bij een hittegolf kan ze misschien wel een slokje extra gebruiken. Maar alleen wanneer haar aarde echt is uitgedroogd! De Aloë is een vetplant, en is dus een kei in het opslaan van water. Het enige probleem? Ze is bang voor te veel water. Als je de Aloë op een standplaats met halfschaduw zet, is de kans op wortelrot groter. De plant verbruikt in de halfschaduw minder water en het kan lastig zijn om in te schatten hoeveel water je moet geven. De grootste tip voor een Aloë? Geef eerder te weinig water dan een flinke slok. Ze heeft echt minder nodig dan je denkt! Vooral in de winter kun je haar maanden vergeten.
Van nature groeit de Aloë in een voedselarme grond. Als kamerplant heeft ze dan ook eigenlijk geen extra plantenvoeding nodig. Wil je groei bevorderen? Dan kun je in het voorjaar wat extra plantenvoeding toedienen. Kies voor plantenvoeding voor cactussen en gebruik slechts 1/4 van de aanbevolen hoeveelheid. Meer heeft ze niet nodig!
Om de Aloë en zijn wortels gezond te houden, raden wij aan om de plant iedere twee jaar te verpotten. Kies een bloempot die minstens 20% groter is dan de vorige.
De meest ideale temperatuur voor een Aloë plant ligt meestal tussen de 13 en 27 graden Celsius. Hij doet het vooral goed in warme en droge omstandigheden, maar kan ook iets koelere temperaturen verdragen.
Het snoeien van een Aloë plant kan helpen bij het verwijderen van dode of beschadigde bladeren. Daarnaast zorgt het voor een compact uiterlijk en stimuleert de groei van nieuwe scheuten die je kunt gebruiken voor vermeerdering. Gebruik altijd een schone en scherpe snoeischaar om de beschadiging van de plant te voorkomen.
Deze snel groeiende plant heeft een waterige soort gel met krachtige polyfenolverbindingen die in elk van de bladeren zit. Deze gel kan worden gebruikt voor de behandeling van diverse gezondheidsklachten, zoals verlichting van pijn bij zonnebrand en schaafwonden.
Ja, dat is mogelijk. Maar, wel alleen van de Aloë Vera soort. Zorg er wel voor dat je het sap van de Aloë Vera niet rondom de ogen gebruikt.
Een Aloë is een vetplant, en heeft daarom maar weinig water nodig. Te veel water kan ervoor zorgen dat er wortelrot ontstaat. In de meeste gevallen is het aanpassen van de watergift voldoende. Mocht dit niet het geval zijn, bekijk dan onze tips over wortelrot.