
Bezorgen in
België

Vleesetende planten zorgen vaak voor bewondering vanwege hun spectaculaire verschijning. Van opvallende kleuren, vormen en geuren.
Hoe overleven vleesetende planten in omgevingen waar voedingsstoffen schaars zijn en waarom eten ze eigenlijk vlees? Laten we eens kijken naar deze opvallende planten.
De naam "vleesetende plant" is eigenlijk vrij eenvoudig te verklaren. De meeste plantensoorten halen hun voedingsstoffen uit de bodem, water en, in sommige gevallen, kunstmatige plantenvoeding. Bij vleesetende planten zit dit echter anders!
Deze planten halen hun voedingsstoffen namelijk niet uit de grond, maar ze halen hun energie uit insecten. Ja, dat lees je goed! Vleesetende planten hebben insecten nodig om in leven te blijven.
Je kunt in de natuur vleesetende planten voornamelijk vinden in moerassen, waar meer dan 500 soorten te vinden zijn. Naast moerassen en tropische regenwouden kun je ook vleesetende planten tegenkomen in Australië, Nieuw-Zeeland en in sommige Europese gebieden. Toch is het vrij zeldzaam dat je een vleesetende plant in het wild tegenkomt.
Het is dan ook bijzonder dat je vleesetende planten gewoon als kamerplanten kunt kopen. Zo haal je de zeldzame natuur toch in huis!
Over wat vleesetende planten eten kunnen we heel kort zijn: insecten. Vooral vliegen, muggen en spinnen staan hoog op hun wensenlijst. Al hebben ze ook geen moeite om andere prooien, zoals mieren, op te eten. Vleesetende planten zijn dus niet kieskeurig als het gaat om hun voeding; ze hebben de voedingsstoffen gewoon nodig om te overleven.
Als je maar weinig insecten in huis hebt, omdat je bijvoorbeeld in een stedelijk gebied woont, kan het nodig zijn om extra voeding aan de vleesetende plant te geven. Het idee van extra voeding is dan ook helemaal niet vreemd.
In de meeste dierenwinkels of grotere tuincentra kun je insecten kopen als voeding voor je vleesetende plant. Zo zorg je ervoor dat de planten de voedingsstoffen krijgen die ze nodig hebben.
Sommige mensen zullen vleesetende planten lelijk vinden, maar ze zijn dan wel uniek en fascinerend vanwege hun eigenschappen.
Er bestaan veel misvattingen over vleesetende planten. Zo roept de naam vaak lelijke en soms enge beelden op, maar de realiteit ligt anders. Er zijn vleesetende planten die zowel aantrekkelijk als intrigerend zijn, en die je prima als kamerplant in je huiskamer kunt plaatsen.
Hier is een lijst met enkele prachtige vleesetende planten:
De Venusvliegenvanger is waarschijnlijk een van de meest bekende vleesetende planten. Je herkent hem aan zijn bijzondere bladeren, die lijken op opgevouwen bekken met tanden aan de rand. Zijn blad slaat snel dicht zodra een prooi in de buurt komt. Zodra de Venusvliegenvanger zijn prooi heeft verorberd, gaat het blad weer open.
De Trompetbekerplant, officieel bekend als Sarracenia, heeft bladeren die lijken op trompetten. Met het nectar in zijn bekervormige blad trekt hij insecten aan, en eenmaal binnen kunnen de insecten moeilijk ontsnappen.
De Zonnedauw is een plant die het anders aanpakt. Hij heeft glinsterende en kleverige bladeren. Iets waar insecten maar al te graag op afkomen en blijven plakken aan de kleverige substantie. De Zonnedauw haalt voedingsstoffen uit deze gevangen insecten, die als voedingsstoffen fungeren.
Zijn bijnaam klinkt wat vreemd, maar dekt wel volledig de lading. Een zuigval is een vleesetende plant die veelal onder water functioneert, en hun prooi met onderdruk naar binnen zuigt.
Licht: Net zoals in de natuur groeien vleesetende planten vaak laag bij de grond en doen het goed in de schaduw van grotere planten. Plaats je vleesetende planten dus niet in direct zonlicht. Indirect zonlicht of lichte halfschaduw is ideaal voor deze planten.
Water: Zorg ervoor dat de bodem van je vleesetende plant altijd vochtig is, vergelijkbaar met de vochtige omgeving van moerassen. Bij het water geven is het essentieel om te voorkomen dat er water in de vangbekers komt, omdat dit de vleesetende functie van de plant kan aantasten
Het verzorgen van vleesetende planten kan wat anders zijn dan de gemiddelde kamerplant, maar met de juiste aandacht kunnen ze een aanvulling zijn op je plantencollectie.
Niet alle vleesetende planten kun je gemakkelijk stekken. De methode die wel gemakkelijk gaat is het vermeerderen middels delen.
Het enige wat je bij het delen moet doen is de plant uit zijn pot halen. Probeer daarna zelf de plant te scheiden door de wortels uit elkaar te halen. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kun je de wortels en plant ook met een schaar of mes uit elkaar halen tot meerdere planten.
Als je toch wil proberen om de vleesetende plant te stekken, dan kan dit op de volgende manier. Kies een stengel met twee tot drie bladeren. Hierbij is het belangrijk dat deze stengel geen val heeft. Snijd dan deze stengel af, en breng een beetje stekpoeder aan op de open wond van de stengel. Laat dit poeder goed drogen, en plaats de stek dan in een pot met veenmos en water. De beste locatie voor de stek is een plaats met halfschaduw. Na verloop van tijd zullen er wortels gaan groeien, en kun je de stek verpotten.